Op dit punt werd onder Karel de Grote (747 / 48−814) een halfrond gebouw met een diameter van ongeveer 89 meter gebouwd, dat de Ingelheim-Palts zijn karakteristieke plattegrond gaf. De gebogen vorm is bewust gebaseerd op de architectuur uit de oudheid. Voor het halfronde gebouw was een grote zuilengalerij in de richting van de binnenplaats, die doet denken aan een Romeinse villa. Het halfronde gebouw werd van buitenaf betreden via een imposante poort, die zich aan de top bevond. Het is tegenwoordig bekend onder de naam "Heidesheimer Tor" en was een van de hoofdingangen van de Palts.
Twee zijpoorten die de poort flankeerden, konden door de opgravingen en renovatiemaatregelen weer zichtbaar worden gemaakt. zij leidden in de buitenste torens, waarvan de overblijfselen ook vandaag zijn ontdekt. Bij de linker poort zie je nog een originele zandsteen val uit de Karolingische bouwperiode.
Onder de heersers van de Hohenstaufen in de Hoge Middeleeuwen werden de buitenste ronde torens afgebroken en de poortopening dichtgemetseld. De poort was vervangen door een verdedigingsmuur.
Deze reconstructie droeg bij tot een kasteelachtige versterking van het complex, die diende om het territoriale beleid van Hohenstaufen te beveiligen en te handhaven.
ZoekenMenu
